1.2 Beoordelingscriteria psychologiescripties - Scriptie Master Psychologie
Voor elke opleiding gelden natuurlijk specifieke eisen op het gebied van de scripties en het onderzoek maar er zijn ook een aantal algemene criteria te noemen waarop sowieso wordt beoordeeld. Gebruik deze criteria als een referentie en ga voor de zekerheid ook nog na bij je eigen opleiding over er nog eisen zijn die niet in deze lijst staan genoemd.
- Duidelijkheid
De probleemstelling, deelvragen en hypothese moeten duidelijk zijn. Dit betekent dat ze concreet, beantwoordbaar en eenduidig zijn.
- Verantwoording
Gemaakte keuzes op het gebied van onderzoek, hypothesen en probleemstelling moeten verantwoord en beargumenteerd worden.
- Theoretisch kader
Er moet worden aangegeven welke theorieën gebruikt worden om de vraagstelling te beantwoorden.
- Bronnen
De gebruikte bronnen moeten relevant zijn en voldoende wetenschappelijke gehalte bevatten. Verder moeten alle bronnen op de correcte wijze vermeld worden.
- Argumentatie
Alle gemaakte keuzes en conclusies moeten op duidelijke wijze onderbouwd worden en moeten aansluiten op de conclusies.
- Kwaliteit van het onderzoek
De gebruikte onderzoeksmethode moet voldoende geschikt zijn voor het beantwoorden van de probleemstelling en aansluiten op de wetenschappelijke eisen.
- Rapportage
De rapportage moet zowel schriftelijk als mondeling helder, duidelijk en concreet zijn. De schriftelijke rapportage moet voldoen aan de gangbare spelling- en vormgevingseisen.
Voor elke opleiding gelden natuurlijk specifieke eisen op het gebied van de scripties en het onderzoek maar er zijn ook een aantal algemene criteria te noemen waarop sowieso wordt beoordeeld. Gebruik deze criteria als een referentie en ga voor de zekerheid ook nog na bij je eigen opleiding over er nog eisen zijn die niet in deze lijst staan genoemd.
· Duidelijkheid
De probleemstelling, deelvragen en hypothese moeten duidelijk zijn. Dit betekent dat ze concreet, beantwoordbaar en eenduidig zijn.
· Verantwoording
Gemaakte keuzes op het gebied van onderzoek, hypothesen en probleemstelling moeten verantwoord en beargumenteerd worden.
· Theoretisch kader
Er moet worden aangegeven welke theorieën gebruikt worden om de vraagstelling te beantwoorden.
· Bronnen
De gebruikte bronnen moeten relevant zijn en voldoende wetenschappelijke gehalte bevatten. Verder moeten alle bronnen op de correcte wijze vermeld worden.
· Argumentatie
Alle gemaakte keuzes en conclusies moeten op duidelijke wijze onderbouwd worden en moeten aansluiten op de conclusies.
· Kwaliteit van het onderzoek
De gebruikte onderzoeksmethode moet voldoende geschikt zijn voor het beantwoorden van de probleemstelling en aansluiten op de wetenschappelijke eisen.
· Rapportage
De rapportage moet zowel schriftelijk als mondeling helder, duidelijk en concreet zijn. De schriftelijke rapportage moet voldoen aan de gangbare spelling- en vormgevingseisen.